laparoscopische short gastric bypass - Chirurgen Sint-truiden - Chirurgen in het Sint-Trudo Ziekenhuis te Sint Truiden

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

laparoscopische short gastric bypass - Chirurgen Sint-truiden

Online brochures

Inleiding


Normaal gezien heeft de maag een grote capaciteit zodat je een grote hoeveelheid voedsel kan eten vooraleer een verzadigingsgevoel te hebben.
Na passage door de maag wordt het voedsel verteerd en opgenomen ter hoogte van de dunne darm.
Onverteerde voedselresten en vezels passeren de darm tot ze worden uitgescheiden.

Er bestaan verschillende operatieve technieken in de behandeling van zwaarlijvigheid, om je dus te helpen vermageren.
Sommige operaties zorgen ervoor dat de hoeveelheid voedsel dat je kan eten tijdens een maaltijd sterk wordt beperkt (restrictie).
Andere operaties zorgen er weer voor dat het opgegeten voedsel minder door het lichaam wordt opgenomen (malabsorptie).

De Gastric Bypass werkt hoofdzakelijk doordat de hoeveelheid voedsel dat je tijdens een maaltijd kan eten sterk wordt beperkt, zonder hongergevoel en met een langdurig volheidsgevoel.
Tevens wordt de opname van vetten licht beperkt doch dit is eerder minimaal. Het eten van hoogcalorische voedingsbestanddelen, voornamelijk suikers, zal tevens een onbehaaglijk gevoel geven ( ‘dumping’ ) en dit zal bijdragen tot een meer evenwichtige eetgewoonte na de operatie.



De voorbereiding tot ingreep


Als na grondige overwegingen besloten wordt tot het uitvoeren van een ‘gastric bypass’ operatie worden gewoonlijk een aantal preoperatieve onderzoeken uitgevoerd.
Deze onderzoeken zijn afhankelijk van patiënt tot patiënt en kunnen onder andere enkele van de onderstaande onderzoeken omvatten:

- bloedonderzoek ( hormonen en stofwisseling )
- echografie van de buik
- electrocardiogram met of zonder hartspecialistisch onderzoek
- longfoto met of zonder longspecialistisch onderzoek
- gastroscopie
- bezoek aan de endocrinoloog
- psychologisch onderzoek
- bezoek aan de diëtiste


Het is aan te raden minstens twee weken ( liefst 6 weken ) voor de ingreep op te starten met een caloriearm ( en proteïnerijk ) dieet.
De operatie wordt aanzienlijk vergemakkelijkt door gewichtsverlies en afname van het volume van de lever.

Indien je regelmatig medicatie neemt dien je dit aan je chirurg te melden. Zeker indien het gaat om bloedverdunnende medicatie (anticoagulantia, aspirine, anti-inflammatoire geneesmiddelen …) omdat deze geneesmiddelen soms een tijdje voor de ingreep moeten worden gestopt.

De dag van de ingreep blijf je nuchter vanaf middernacht de nacht ervoor.
Sommige medicatie mag je ’s ochtends nog innemen met een klein beetje water.
Je chirurg zal je hierover inlichten.

De ingreep heeft plaats onder algemene anesthesie (volledige verdoving) en duurt twee tot drie uur.



Algemene inlichtingen die gelden voor alle laparoscopische ingrepen

In normale toestand is de buikinhoud in nauw contact met de buikwand.  
Om een ruimte te krijgen die het mogelijk maakt de videocamera naar binnen te brengen, moet er dus eerst een soort ‘luchtbel’ worden aangelegd om in te werken, en dit gebeurt door de buik op te blazen.

Daarom begint de operatie met het inspuiten in de buik van koolzuurgas.

Deze werkruimte (de ‘luchtbel’) kan worden verwezenlijkt met behulp van een beschermde naald die wordt ingebracht doorheen de buikwand.

Wanneer de werkruimte is aangelegd, gebruikt de chirurg ‘trocars’, d.w.z. holle kokertjes voorzien van kleppen, die het mogelijk maken het gas te behouden in de buik.
Via deze trocars worden de videocamera en de chirurgische instrumenten binnengebracht.  
Deze kokers worden aangebracht door kleine insnijdingen in de huid op de buikwand.
Vervolgens gebeurt de operatie ‘met gesloten buik’ want uw chirurg hanteert de instrumenten langs de buitenzijde van uw buik, en volgt de operatie in de binnenzijde van de buik op een televisiescherm.

Bij het ontwaken kan u pijn voelen aan de schouders.  Deze pijn wordt veroorzaakt door het feit dat de buik werd opgeblazen met koolzuurgas om de werkruimte aan te leggen, en dit koolzuurgas kan bij het einde van de operatie nooit volledig worden verwijderd.  Dit overblijvende gas zal echter snel en zonder gevaar voor uw organisme worden geabsorbeerd.  
De pijn is tijdelijk en verdwijnt snel, binnen enkele dagen na de operatie.

De chirurgische instrumenten die worden gebruikt zijn uiteraard niet dezelfde als de instrumenten die worden gebruikt bij de klassieke chirurgie, d.w.z. met ‘open buik’.
Sommige instrumenten zijn technologisch zo complex dat zij slechts kunnen worden gebruikt bij één enkele patiënt.
Deze instrumenten zijn ‘wegwerpbaar’, d.w.z. dat men ze weggooit na de operatie.
Wij vestigen uw aandacht op het feit dat het materiaal met éénmalig gebruik niet altijd wordt terugbetaald door het RIZIV.

Deze meerkost kan voor sommige operaties worden toegevoegd aan de faktuur van de patiënt.  
U moet dan ook voor de operatie aan uw chirurg de nodige inlichtingen inwinnen over de eventuele financiële kost te uwen laste.



De ingreep


De Gastric Bypass operatie creëert een klein maagreservoir en een nieuwe kleine maaguitgang.
Het volume van de maag wordt herleid tot de grootte van een klein ei met een volume van 15 tot 25 ml.
De nieuwe kleine uitgang van de maag betekent dat de maag trager ledigt. De diameter van de nieuwe uitgang van de maag betekent dat de maag trager ledigt.
Door deze twee aanpassingen zal een kleine hoeveelheid voedsel een verzadigings- of volheidsgevoel geven gedurende een langere tijdsperiode.
Dit helpt je minder te eten en aldus te vermageren. Het voedsel komt via de kleine maaguitgang dadelijk in de dunne darm terecht en passeert de rest van de maag niet.

De operatie wordt uitgevoerd via vijf werkkanalen ( trocars ) van 5 tot 17 mm. Met behulp van nietjes wordt in het bovenste gedeelte van de maag een nieuw klein maagreservoir gecreëerd ( pouch ).
Dit nieuwe reservoir heeft geen doorgang meer met de rest van de maag en wordt gescheiden van de rest van de maag.
De dunne darm wordt opgehaald en verbonden met de nieuwe maag. Via een smalle doorgang gaat het voedsel van de nieuwe maag dadelijk naar de dunne darm.
De ‘oude’ maag en de twaalfvingerige darm wordt aldus overbrugd of ‘gebypassed’.
Het einde van de twaalfvingerige darm wordt opnieuw verbonden met de dunne darm, 150 cm verder dan de verbinding van de nieuwe maag met de dunne darm.
Deze nieuwe verbinding van de twaalfvingerige darm met de dunne darm zorgt ervoor dat het maagsap, gal- en pancreassap met het voedsel kan worden vermengd.
Dit is noodzakelijk voor een normale vertering. Een tekening verduidelijkt dit:



Na de ingreep kan het overbrugde gedeelte van de maag en de twaalfvingerige darm niet meer gastroscopisch worden onderzocht gezien deze van de pouch gescheiden zijn.


De complicaties


1.tijdens de ingreep of de periode onmiddellijk na de ingreep:

De Gastric Bypass operatie is een vrij grote operatie en door je overgewicht heb je een groter gans op complicaties in vergelijking met iemand zonder overgewicht.
Sommige complicaties kunnen zich voordoen tijdens de operatie of in de periode onmiddellijk na de operatie tijdens de ziekenhuisopname.

De volgende complicaties kunnen zich bij wijze van voorbeeld voordoen:

- een bloeding
- een verwonding aan een buikorgaan
- een verwikkeling aan de longen (longontsteking, …)
- een hartaanval
- een naadlekkage
- een obstructie of passagehinder ter hoogte van het maagdarmstelsel
- een ontsteking aan de urinewegen
- een wondinfectie
- trombose (bloedklonters) in de aders van de benen met mogelijks longembool als gevolg

Deze lijst is niet volledig.

Er is een zeer klein doch niet onbestaand risico op overlijden ten gevolge van complicaties.
Uiteraard worden speciale maatregelen genomen om het risico op deze complicaties zo klein mogelijk te houden.
Complicaties die de normale hospitalisatieduur verlengen zijn zeldzaam.

2. complicaties in een later stadium na de ingreep.

Behalve de bovenvermelde complicaties kunnen zich later ook nog andere complicaties voordoen.
We vermelden opnieuw de meest voorkomende. Ook deze lijst is niet volledig.

Vertraagde wondheling

Door de aanwezigheid van veel onderhuids vet zijn de wondranden soms slecht doorbloed.
Dit is soms verantwoordelijk voor een vertraagde wondheling. Dit betekent dat de huid soms over een gedeelte van de wonde opnieuw open komt te staan na verwijderen van de hechtingen.
Als dit vocht geïnfecteerd is spreken we van een wondinfectie.
Soms beslist de chirurg zelf van de huid opnieuw wat te openen om een vochtcollectie te draineren.
De opening in de huid groeit steeds vanzelf weer dicht.

Littekenbreuk
Op de plaats van het litteken kan soms een breuk ontstaan. Door de incisie wordt namelijk een zwakke plaats in de spierwand van de buik veroorzaakt.
Een breuk wordt heelkundig hersteld.

Obstructie
Ten gevolge van vergroeiingen in de buik die zich bij om het even welke ingreep in de buik kunnen voordoen kan de normale darm doorgang soms worden belemmerd.
Soms is een ingreep nodig om deze vergroeiingen los te maken.

Galstenen
Na de operatie bestaat een verhoogde kans op het ontwikkelen van galstenen, waarschijnlijk ten gevolge van de verminderde inname van vetten.

IJzer foliumzuur, vitaminen en mineralen tekorten
Deze tekorten kunnen zich voordoen, voornamelijk tijdens de periode dat je vermagert.
Op aanwijzing van je chirurg neem je best van in den beginne ijzer, foliumzuur, vitaminen en mineralen supplementen.
Op regelmatige tijdstippen wordt een bloedonderzoek verricht om eventuele tekorten op te sporen. Bij vitamine B12 tekort dient dit soms met injecties te worden gecorrigeerd.

Haarverlies
Haarverlies treedt vaak op bij snel vermageren. Ongeveer de helft van de patiënten ondervinden dit in meer of mindere mate het eerste jaar na de ingreep.
Het haarverlies is echter tijdelijk en nooit volledig.

Vernauwing aan de uitgang van de maag
Zelden kan de nieuwe maaguitgang vernauwen en aanleiding geven tot overmatig braken.
Oprekken van de vernauwing via gastroscopie of onder radiografische controle kan dit behelpen. Zelden is een nieuwe operatie noodzakelijk.

Maagzweer
Een zweertje in de buurt van de nieuwe maaguitgang kan zelden optreden.
Dit kan meestal worden behandeld met medicatie die de zuurproductie in de maag afremt.

Gewichtstoename na de ingreep
Hiervoor kunnen een aantal redenen zijn:

Uitzetten van de nieuwe maag
Als de nieuwe maag stelselmatig wordt overvuld zal ze geleidelijk uitzetten en zal de hoeveelheid voedsel dat je kan eten tijdens een maaltijd toenemen.
Dit kan ook het gevolg zijn van een te nauwe uitgang van de nieuwe maag.
Uitzetting van de maaguitgang
Dit kan tot gewichtstoename leiden doordat de maag sneller kan ledigen en het verzadigingsgevoel minder lang bestaat waardoor je dus meer gaat eten.



Het postoperatieve dieet


Het uiteindelijke doel van de ingreep bestaat erin dat je tijdens één maaltijd ongeveer de portie van een voorgerecht zal kunnen eten.
Vooraleer je dit stadium bereikt dient je dieet verschillende stappen te doorlopen. We zullen ze kort even doorlopen.
Het is nuttig je hierbij te laten helpen door een dietiste.


Stadium 1 – Gemixte voeding

De eerste 4 –6 weken na de ingreep moet alle voedsel worden gepureerd en de hoeveelheid per maaltijd mag niet meer bedragen dan twee eetlepels.
De nieuwe maag heeft zich immers nog niet kunnen aanpassen en er zal nog zwelling aanwezig zijn ten gevolge van de operatie.
Je mag ongelimiteerd drinken (geen gashoudende dranken) maar wacht tot 20 minuten na de maaltijd en drink nooit grote hoeveelheden in één keer maar wel regelmatig.
Je kan ook gebruik maken van proteïnerijke maar caloriearme dranken.

Stadium 2 – Malse voeding

Na 4 – 6 weken zal de nieuwe maag wat zijn uitgezet en de zwelling grotendeels verdwenen.
Je kan nu malse voeding eten die niet hoeft te worden gepureerd. De hoeveelheid bedraagt nu maximaal 4 eetlepels per maaltijd.
Brood en rood vlees is echter niet toegalaten de eerste 10 weken na de ingreep.

Stadium 3 – Vaste voeding

Ongeveer 10 weken na de ingreep mag alles gegeten worden. De hoeveelheid vanaf nu bedraagt ongeveer de grootte van een voorgerecht.
Om een goed gewichtsverlies te bekomen eet je best een uitgebalanceerde voeding zonder teveel vetten of suikers.

Overschakelen naar een volgend stadium in het postoperatieve dieet zal steeds gebeuren op aanwijzing van je chirurg.


Slotbemerkingen


Om goede resultaten te bekomen en het complicatierisico zo laag mogelijk te houden is een goede opvolging na de ingreep uiterst belangrijk.
Dit gebeurt zowel door de chirurg en/of de endocrinoloog als door de huisarts. De diëtiste kan je eveneens bijstaan in het samenstellen van je maaltijden.  
Aarzel dan ook niet om buiten de geplande bezoeken één van beide te contacteren wanneer je denkt dat er iets mis is of een probleem is opgetreden.

Enkele punten dienen nog te worden benadrukt:

Lichaamsbeweging
De eerste weken na ontslag zal je je nog moe voelen. Je zal geleidelijk je dagelijkse activiteiten moeten hernemen.
Autorijden wordt best vermeden de eerste weken na de ingreep. Heffen wordt best vermeden de eerste drie weken.
Indien nodig zal een werkonbekwaamheidsattest worden opgemaakt.
Nadien is het van groot belang een gezonde lichaamsbeweging te hebben om het resultaat van de ingreep te optimaliseren en spierafbraak tijdens de vermageringsfase te vermijden.

Zwangerschap
De ingreep staat een eventuele latere zwangerschap niet in de weg. Soms worden vrouwen zelfs meer vruchtbaar bij het vermageren.
Zwangerschap wordt best wel vermeden tijdens de vermageringsfase (eerste 12 – 18 maanden na de ingreep ).
Bij eventuele zwangerschap is regelmatige inname van de ijzer, foliumzuur, vitaminen en mineralen supplementen van nog groter belang.

Alcohol
Na de ingreep wordt alcohol sneller en beter opgenomen in de bloedbaan. Je dient ermee rekening te houden dat indien je een voertuig dient te besturen het wettelijk maximum gehalte sneller wordt bereikt.



Wanneer moet u uw chirurg contacteren ?

Naast de postoperatieve controle waarop u wordt uitgenodigd, moet u absoluut uw geneesheer contacteren wanneer u bij voorbeeld het volgende vaststelt :

- een aanhoudende koorts;
- rillingen;
- bloedingen;
- een toenemende zwelling van de buik of toenemende pijn;
- aanhoudende misselijkheid of aanhoudend braken;
- aanhoudende hoest of ademhalingsmoeilijkheden;
- het doorsijpelen van vloeistof uit om het even welke wonde.

Druk op onderstaande foto om deze groter te maken

 
 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu