Hoofdmenu:
De endeldarm of het rectum is het laatste deel van de dikke darm dat uitmondt in het anaal kanaal.
De voornaamste functie is het verzamelen van de stoelgang. Er zijn goedaardige en kwaadaardige aandoeningen.
Bij kanker van de endeldarm wordt soms eerst voorbehandeld met stralen en chemotherapie om het gezwel te verkleinen en de mogelijks aangetaste klieren te vernietigen.
Diagnose:
Symptomen: bloedarmoede, veranderingen in het stoelgangspatroon ( moeilijke stoelgang afgewisseld met diarrhee ), slijmerige en/of bloederige stoelgang, valse stoelgangsnood, onverklaarbaar gewichtsverlies
Lichamelijk onderzoek: onderzoek van de buik en de klierstations, inwendig onderzoek van de aars
Coloscopie: de dikke darm wordt via de aars met een soepele kijkbuis onderzocht.
Hierbij kunnen ook onder zicht biopten genomen worden voor microscopisch onderzoek.
De dikke darm moet hiervoor geledigd worden met darmvoorbereiding via de mond.
RX colon inloop: er worden röntgenfoto’s gemaakt van de dikke darm nadat lucht en contraststof in de dikke darm werden gespoten.
De dikke darm moet hiervoor volledig geledigd worden. Met dit onderzoek kunnen geen biopsies genomen worden.
CT-
De computer bewerkt deze beelden alsof de buik in schijfjes wordt gesneden.
Virtuele coloscopie: met behulp van de CT scan en de computer is het mogelijk een coloscopie beeld na te bootsen.
Dit is soms nuttig bij letsels in de dikke darm die niet doorgankelijk zijn voor de coloscoop.
Hiervoor moet de dikke darm opnieuw volledig geledigd worden. Er kunnen geen biopsies genomen worden.
NMR: met behulp van magnetische golven worden ‘schijfjesbeelden’ gemaakt van de buik.
Dit geeft ons zeer fraaie beelden van de endeldarm. Dit helpt ons bij het vaststellen van de dieptegraad van tumoren in de endeldarm en de eventuele aantasting van klieren in de buurt of op afstand.
Afhankelijk hiervan wordt een voorbehandeling met chemo-
Dit onderzoek geeft ons ook fraaie beelden van verzakkingen van de endeldarm, de vagina en de blaas ( bekkenbodem ) .
Echo abdomen: met behulp van geluidsgolven worden beelden gemaakt van de buikorganen.
Bij kanker is vooral het onderzoek van de lever belangrijk ter uitsluiting van uitzaaiingen.
Echo endoscopie of transanale echografie: dit helpt ons bij het vaststellen van de dieptegraad van tumoren van de endeldarm en de eventuele aangetaste klieren in de onmiddellijke buurt.
RX en zo nodig CT thorax: ter uitsluiting van uitzaaiingen naar de longen.
Poliepen: dit zijn aanwassen van het slijmvlies van de dikke darm.
Ze zijn goedaardig maar kunnen kwaadaardig worden indien ze groeien en lange tijd bestaan.
Colitis: ontsteking van de dikke darm door verschillende oorzaken ( colitis ulcerosa, crohn, … )
Kanker: ongecontroleerde groei van kwaadaardige cellen. Deze kunnen uitzaaien via de lymfebanen en –klieren en/of via het bloed ( naar de lever ) .
Verzakkingen: de endeldarm heeft de neiging om door de aars te zakken ( prolaps ) of door de vagina achterwand ( rectocoele )
Operatie:
Voorbereiding: voor grote ingrepen op de endeldarm wordt de dikdarm voor de operatie volledig geledigd bmv laxeermiddelen via de mond.
Voor de overige ingrepen op de endeldarm wordt eventueel een klein of groot lavement via de aars toegediend.
Opname is meestal daags voordien. De buik en de schaamstreek worden geschoren.
Zo U een tijdelijk of definitief stoma krijgt wordt de meest ideale plek voor de operatie aangeduid. Bloedverdunners ( Marcoumar, Plavix, … ) dienen een week voor de ingreep gestaakt te worden.
Anesthesie: de ingreep wordt uitgevoerd onder algemene verdoving. Pijnbestrijding gebeurt via de bloedbaan of een ruggeprik.
Bij deze laatste wordt een catheter in de buurt van het ruggemerg geplaatst voor toedienen van pijnstillers in de eerste dagen na de ingreep.
Soort operatie: de ingreep is afhankelijk van de soort en de locatie van de aandoening.
Indien de zieke endeldarm dient verwijderd te worden zal men in principe de overblijvende darmdelen terug met elkaar verbinden ( anastomose ).
Vaak weet men pas tijdens de ingreep wat er precies moet gedaan worden. Op voorhand worden alle mogelijkheden met U doorgenomen.
Soms is het niet mogelijk om een anastomose te maken of is de darmnaad niet te vertrouwen.
U krijgt dan een stoma of darmuitgang thv de buikwand ( zie brochure stoma ) .
Vaak is dit stoma tijdelijk en wordt tussen de 6 en 12 weken na de eerste operatie gesloten.
Soms wordt het stoma pas gesloten na beëindigen van de chemotherapie. Zelden is het nodig om de volledige endeldarm met de aars te verwijderen ( kanker ).
Dan zal U een definitief stoma krijgen.
Totale mesorectale excisie ( TME ) : het volledige vetweefsel om de endeldarm die de klieren herbergt wordt mee weggenomen bij verwijderen van kanker van de endeldarm.
Dit verkleint de kans op herval en/of uitzaaiingen.
Complicaties:
De gebruikelijke complicaties, mogelijk bij iedere ingreep: bloeding, wondinfectie, thrombose, longontsteking, … .
Complicaties eigen aan de ingreep: bij lekkage van de darmnaad moet een nieuwe operatie uitgevoerd worden en krijgt U meestal een stoma om de buikholte te laten genezen.
Deze stoma is meestal tijdelijk. Plas-
U blijft een zevental dagen in het ziekenhuis. Soms verblijft U de eerste nacht op intensieve zorgen.
U wordt wakker met een aantal slangetjes: een infuus om medicatie en zo nodig voeding toe te dienen, eventueel een ruggeprik voor pijnbestrijding, een sonde in de maag via de neus om de maag te ontlasten, een wonddrain om overtollig vocht en/of bloed uit de buikholte te evacueren, een blaas sonde.
Deze slangetjes zullen progressief verwijderd worden. We proberen de maagslang zo snel mogelijk te verwijderen en de voeding via de mond op te starten zodra dit mogelijk is.
De voeding wordt geleidelijk aan opgedreven. Na een vijftal dagen is de anatomopatholoog klaar met het onderzoek van de verwijderde endeldarm.
De uitslag hiervan zal met U besproken worden. Indien het kwaadaardig is zal in de Multidisciplinaire Oncologische Commissie beslist worden over de eventuele nabehandeling met chemo-
Bij ontslag krijgt U de nodige afspraken mee voor controle. Met de sociale dienst wordt bekeken of U extra hulp nodig hebt in huis.
Zo nodig krijgt U de nodige attesten mee voor thuisverpleging ( stomazorg, … ) en stomamateriaal indien van toepassing.
Soms is verdere revalidatie nodig in een gespecialiseerde revalidatiedienst.